De financiering van de kinderbijslag in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest staat onder druk door een verschuiving in de leeftijdsverdeling van kinderen en jongeren. De inkomsten voor de federale dotaties worden bepaald op basis van het aantal kinderen van 0 tot en met 18 jaar, terwijl de uitgaven afhangen van het aantal kinderen en jongeren tot en met 24 jaar. Door de toename van het aantal 18- tot en met 24-jarigen en de daling van het aantal jonge kinderen ontstaat een mogelijk budgettair onevenwicht.
Demografische verschuivingen en potentiële budgettaire druk
De belangrijkste factor achter deze mogelijke budgettaire druk is de groei van het aandeel 18- tot en met 24-jarigen, terwijl het aantal 0- tot en met 18-jarigen afneemt. Dit fenomeen is het gevolg van twee belangrijke demografische trends:
- Daling van het aantal geboorten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
- Versnelde interne emigratie, waarbij gezinnen vaker en op jongere leeftijd naar de Brusselse rand verhuizen.
Daarnaast draagt de instroom van buitenlandse studenten bij aan de stijging van het aantal 18- tot en met 24-jarigen, wat de druk op het budget voor kinderbijslag verder verhoogt.
Noodzaak van een duurzame budgettaire aanpak
In het verleden was Brussel in het voordeel ten opzichte van de andere gewesten, omdat er relatief veel jonge kinderen werden geboren. Dit zorgde voor een stabiele instroom van middelen voor de financiering van de kinderbijslag. Vandaag is die situatie veranderd. Door de dalende geboortecijfers en de toenemende emigratie van jonge gezinnen naar de Brusselse rand, dreigt Brussel eerder in een nadelige positie te komen.
Iriscare volgt deze ontwikkelingen nauwgezet op en stelt vast dat demografische verschuivingen een impact kunnen hebben op de financiering van de kinderbijslag. Het is belangrijk om rekening te houden met de evoluerende bevolkingsstructuur om de financiële duurzaamheid van het systeem te waarborgen. Een evenwichtige financiering blijft essentieel om de sociale ondersteuning binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te garanderen.
Kinderbijslag blijft gegarandeerd
Kinderen die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wonen ongeacht of de ouders werknemer, zelfstandig, werkzoekend of gepensioneerd zijn hebben recht op kinderbijslag en dat verandert niet.
Leidend Ambtenaar van Iriscare Tania Dekens: “Het is van cruciaal belang dat de federale dotaties worden geëvalueerd en bijgestuurd in functie van de veranderende demografische realiteit. De huidige dotatiemechanismen houden onvoldoende rekening met de specifieke uitdagingen van grootsteden en stadsgewesten. Stedelijke gebieden met een meer precaire bevolking worden structureel ondergefinancierd, omdat er geen sociaaleconomische correcties worden toegepast. Een herziening van de financiering, waaronder de kinderbijslag, is noodzakelijk om te verzekeren dat elk kind de ondersteuning krijgt die het nodig heeft.”
Perscontacten